Er is nu, in 2021, opnieuw grote behoefte aan opbouwwerk in onze stad. Aan professionals die werken van onderop, met bewoners, vanuit een onafhankelijke positie.
Rotterdam kan daarbij teruggrijpen op een traditie van ruim vijftig jaar.
In het sociale domein is een gat gevallen. Sociaal werkers richten zich vooral op het verhelpen en voorkomen van individuele problemen van mensen. Daarnaast staan de sociaal ondernemers en de zelfredzame bewoners. Het ontbreekt aan ondersteuning door opbouwwerkers van gezamenlijke initiatieven, het creëren van ontmoetingsplaatsen, het organiseren van verbindingen tussen verschillende groepen en collectieve belangenbehartiging.
Welzijnswerkers, ook aangeduid als ‘sociaal makelaars’ of ‘buurtcoaches’, proberen aan de onderste onderkant mensen uit de schulden te krijgen, bewoners met grote afstand tot de arbeidsmarkt voorzichtig naar vrijwilligerswerk te begeleiden, jongeren bij de les en weg van criminaliteit te houden. Enzovoort. Deze sociaal werkers worden daarbij gestuurd vanuit de overheid met programma’s en prestatieafspraken. Harde kpi’s (ofwel: kritieke prestatie-indicatoren).
De welzijnswerkers van nu zijn geen opbouwwerkers. Ze dweilen daar waar het overstroomt. Werken aan voorwaarden die nodig zijn om mensen volgende stappen te laten zetten. Omdat je pas community kan gaan builden als je je eigen leven een beetje op orde gebuild hebt.
Dan zijn er de bewoners die het heft in eigen hand nemen. Coöperaties opzetten, bewonersinitiatieven ontwikkelen, meedoen aan de Right to challenge, kansen zien in de energietransitie. Deze bewoners worden door de overheid gefaciliteerd en warm gekoesterd. Zij zijn het nieuwe elan.
Het zijn vaak hoogopgeleide mensen, die in deze wijkprojecten participeren. Ze zien vaak ook een ‘verdienmodel’ in ‘sociale uitdagingen’. Sociaal ondernemers. Soms zijn het ook vrijwilligers die opeens betaald worden voor activiteiten die ze voorheen om-niet deden, om anderen te helpen, samen met anderen iets te doen of bij te dragen aan een leefbare straat en buurt.
Een grote groep bewoners valt in buurten tussen wal en schip. Omdat ze de taal nog niet goed genoeg spreken, niet hoogopgeleid zijn, nog niet voldoende vaardigheden en apparatuur hebben om op allerlei fronten digitaal mee te doen, Het onderspit delven. Right to challenge is voor hen een ver-van-mijn-bed show.
Er bestaat anno 2021 grote behoefte aan opbouwwerk met oog en aandacht voor het gezamenlijke zwakste belang en de zwakste stem bij het beleid voor huisvesting, duurzaamheid en zorg. Organiserend, ondersteunend, belangenbehartigend en verbindend.
Opbouwwerkers als professionals die werken vanuit een onafhankelijke positie, van onderop, tussen straat en staat. Die verbindingen leggen tussen al die verschillende mensen die Rotterdam rijk is. Tussen mensen die voor zichzelf kunnen opkomen en bewoners die minder zelfredzaam zijn. Tussen de boze bewoners en de mensen die voorzichtig verantwoordelijkheid proberen te nemen voor hun straat en hun buurt.
Het opbouwwerk kent een rijke geschiedenis in Rotterdam. Het is tijd daar een nieuw hoofdstuk aan toe te voegen.
Rotterdam oktober 2021